Gewoonlijk komt u op controle op 8, 12, 16, 20, 24, 28, 32, 36 weken en vervolgens wekelijks of tweewekelijks. De volgende onderzoeken komen meestal aan bod:
Gewicht
Uw gewicht wordt geregistreerd bij het begin van de zwangerschap. Zo kunnen de arts en de vroedvrouw uw gewichtstoename nauwkeurig opvolgen. De ideale gewichtstoename hangt af van uw startgewicht. Streef naar een gezonde, evenwichtige en vooral gevarieerde voeding!
Bloeddruk
Bij elk bezoek wordt uw bloeddruk gecontroleerd om eventuele zwangerschapsvergiftiging (pre-eclampsie) zo snel mogelijk op te sporen. De symptomen zijn onder meer bloeddrukstijging en eiwit in de urine.
Urineonderzoek
Bij de eerste raadpleging controleren we of er geen eiwitten in uw urine zitten. Indien er zich in de loop van de zwangerschap symptomen voordoen die kunnen wijzen op een zwangerschapsvergiftiging zal ook dan een urinestaal gevraagd worden.
Op ongeveer 16 weken gaan we na of er geen bacteriën in de urine aanwezig zijn. Door een asymptomatische urineweginfectie te behandelen kunnen we immers een hoge urineweginfectie of vroeggeboorte voorkomen.
Lichamelijk onderzoek
De arts of vroedvrouw zal uw buik palperen om de grootte van de baarmoeder in te schatten en zo de groei van de baby op te volgen. De arts of vroedvrouw zal zo nodig een inwendig onderzoek (al dan niet echografisch) uitvoeren om de toestand van uw baarmoederhals na te gaan. Dat is nodig om na te kijken of de baarmoederhals gesloten en lang blijft. Na een vaginaal onderzoek kunt u beperkt vaginaal bloedverlies hebben (op de dag zelf en/of de dag erna).
Ligging van de baby
De ligging kan worden bepaald door uw buik te palperen of met behulp van een echografie.
De harttonen
Die zijn hoorbaar vanaf de 12de week van de zwangerschap. Ze worden bij elk bezoek beluisterd.
Bloedonderzoek
Dit gebeurt bij de eerste prenatale raadpleging. Nadien wordt het nog minstens één keer uitgevoerd.
Echografie
Tijdens een normale zwangerschap worden drie echografische onderzoeken terugbetaald:
- een echografie rond 12 weken (eerstetrimesterechografie en nekplooimeting)
- een echografie rond 20 weken (tweedetrimesterechografie - structurele echografie)
- een echografie rond 30 weken (derdetrimesterechografie - groei-echografie).
Mochten zich verwikkelingen voordoen, dan is frequenter echografisch onderzoek aangewezen.
Mentale gezondheid
Eén op vijf vrouwen (en één op de tien partners) ondervindt mentale gezondheidsproblemen tijdens de zwangerschap en het eerste jaar na de geboorte. De vroedvrouw peilt daarom op vaste tijdstippen - op 16 en 20 weken in de zwangerschap en 6 weken na de bevalling - naar uw emotioneel welbevinden en mogelijke risicofactoren. Indien nodig wordt dan de juiste hulp ingeschakeld.
Lees meer over het Zorgpad voor perinatale mentale gezondheid, dat het Centrum voor perinatale mentale gezondheid ontwikkeld heeft in nauwe samenwerking met de Vrouwenkliniek en de dienst Neonatale intensieve zorg.
Vragen?
In geval van problemen of vragen kunt u altijd met ons contact opnemen.